Publicatie Volksgezondheid Toekomst Verkenning 2024
De toename van overgewicht in de bevolking is een belangrijke ontwikkeling. Wat betekent het voor de levensverwachting?
Op 27 november heeft het RIVM de Volksgezondheid Toekomst Verkenning (VTV)1 gepubliceerd. De VTV wordt elke vier jaar gepubliceerd en bevat de ontwikkeling van de volksgezondheid in Nederland. De VTV geeft inzicht in de belangrijkste toekomstige maatschappelijke opgaven op het gebied van ziekte en gezondheid in Nederland. In de VTV zijn overgewicht2 en obesitas3 als belangrijke maatschappelijke ontwikkelingen geïdentificeerd. Deze vormen grote uitdagingen voor de volksgezondheid.
Het krijgen van overgewicht is meestal het gevolg van een verstoring in de energiebalans. Meer energie wordt geconsumeerd dan verbruikt waardoor je zwaarder wordt en zo uiteindelijk overgewicht krijgt. Als de oorzaken van de verstoring niet veranderen is de kans groot dat overgewicht ontstaat en zelfs overgaat in obesitas. Mensen met overgewicht en obesitas lopen een groter risico op een aantal ernstige aandoeningen, zoals diabetes (type II), verschillende typen kanker en hart- en vaatziekten (hoog cholesterol en bloeddruk). Mensen met overgewicht en obesitas lopen daardoor ook meer risico om arbeidsongeschikt te worden en om vroegtijdig te overlijden.
Voor verzekeraars is het van belang om met deze trend rekening te houden bij het bepalen van hun kansen voor premiestelling en voorzieningen. In deze publicatie vatten we de meest relevante informatie samen.
Een duidelijke trend is zichtbaar waarbij het aandeel mensen met overgewicht en obesitas verder toeneemt. Uit de VTV en cijfers die door CBS worden gepubliceerd wordt ook zichtbaar dat de stijging vanaf 2014 vooral zit bij de groep jongvolwassenen (tussen 18 en 35 jaar). Echter, als we kijken naar de periode sinds 2019, dan is de stijging vooral zichtbaar voor leeftijdsgroep 25-30 jaar. In de onderstaande grafiek staan de percentages personen in de leeftijdsgroep met overgewicht.
Een probleem van overgewicht op jongere leeftijd is dat het heel moeilijk is om van overgewicht naar normaal gewicht te gaan en te blijven. Als gevolg hiervan is de verwachting dat de percentages voor de oudere groepen ook verder toe zullen nemen. Socio-economische effecten spelen hierbij ook een rol. De prognose is dat in 2040 ongeveer 59% van de Nederlanders van 18 jaar en ouder overgewicht zal hebben. Dat percentage stijgt tot 64% in 2050. Dat komt vooral door de toename van overgewicht bij de populatie vanaf 18 jaar. Overigens wordt ook bij kinderen onder de 18 jaar steeds meer overgewicht waargenomen.
In de tabel4 staan de geschatte percentages van de bevolking met overgewicht (BMI.25) per leeftijdsgroep en per toekomstmoment.
Als gevolg van de toename van het aantal mensen met overgewicht en de vergrijzing van de samenleving zal het aantal mensen met aan overgewicht gerelateerde aandoeningen ook toenemen. Diabetes, hart- en vaatziekten en diverse soorten kanker zullen vaker voorkomen waardoor druk op de zorg toeneemt, maar ook meer mensen zullen arbeidsongeschikt worden en eerder overlijden. Opmerkelijk is dat ondanks de stijging van het aantal mensen met overgewicht het verwachte aantal overlijdens als gevolg van hart- en vaatziekten afneemt van 2022 naar 2050. Dit wordt waarschijnlijk veroorzaakt doordat het overgewicht bij de oudere generaties minder hard stijgt, het rookgedrag gunstig ontwikkelt, behandelingen zijn verbeterd, meer wordt bewogen en er meer preventie is. In een studie uit 20205 wordt de conclusie getrokken dat de toename van de sterfte als gevolg van hart- en vaatziekten in de US en Australië wordt veroorzaakt door de toename van overgewicht en obesitas en dat die heeft bijgedragen aan de vertraging van de verbetering van de levensverwachting.
Op basis van de analyse van het CBS neemt de levensverwachting van de gehele bevolking nog toe. Het CBS houdt bij de voorspelling van de levensverwachting vooral rekening met trends uit het verleden waarbij het rookgedrag als een specifieke factor wordt meegenomen. De positieve ontwikkeling van de levensverwachting lijkt tegenstrijdig met de hiervoor geschetste ontwikkeling. Niettemin, zal op basis van de voorspelling van de populatie met overgewicht naar verwachting meer sterfte gaan plaats vinden. Uiteraard is dat afhankelijk van toekomstige ontwikkelingen op het vlak van preventie en behandeling.
Een studie6 uit 2009 heeft aangetoond dat de levensverwachting significant daalt met het stijgen van de BMI.
In de tabel staan de geschatte procentuele afnames in overlevingskans voor een 35-jarige over een periode van 25 jaar. Een 35-jarige man met een BMI tussen 35 en 40 kg/m2 heeft 5% minder kans om 60 te worden vergeleken met een 35-jarige man met een BMI tussen 22.5 en 25 kg/m2.
De verschillen in levensverwachting tussen bevolkingsgroepen zullen scherper worden. Overgewicht, rookgedrag, actieve leefstijl, opleiding en socio-economische omstandigheden dragen allemaal bij aan het verschil in levensverwachting. Het verschil in gemiddelde levensverwachting tussen mensen met een hbo/wo-opleiding en de mensen met een po/vmbo/mbo1-opleiding was in waarnemingsperiode 2019-2020 4,8 jaar7.
De effecten van overgewicht op ziektekosten, maar ook arbeidsproductiviteit en ziekteverzuim zijn substantieel. Een onderzoek uit 2013 geeft een indicatie van het relatieve risico om arbeidsongeschikt te worden bij overgewicht (RR = 1,16; 16% hoger risico) tot RR = 1,53 bij obesitas8.
Voor verzekeraars zijn dit elementen die mogelijk meegenomen moeten worden in de prijsstelling en reservering. Het toepassen van deze determinanten staat haaks op solidariteit en anti-discriminatie. Voor prijsstelling moet met solidariteit en anti-discriminatie rekening worden gehouden. Dat kan onder andere via de weging van factoren in prijsstelling en monitoring van de instroom van nieuwe contracten.
Voor reservering is het vooral van belang om te kijken naar de effecten van sterfte en morbiditeit (invalidering en revalidering). Het effect van gelijkheid en antidiscriminatie is niet relevant voor de reservering. Voor producten met een looptijd tot de pensioendatum kunnen de sterftekansen en arbeidsongeschiktheidskansen iets verder oplopen vanwege de eerdere genoemde ontwikkelingen. Bij het bepalen van de best estimate sterfte- en AO-kansen zal meer rekening gehouden moeten worden met een verzekerde portefeuille die gezonder of juist minder gezond is dan gemiddeld en waardoor de werkelijke ontwikkeling anders kan uitpakken dan de prognose.
1 https://www.rivm.nl/publicaties/keuzes-en-kansen-hoofdrapport-vtv-2024 .
2 Body Mass Index van 25 of meer.
3 Body Mass Index van 30 of meer.
4 https://www.volksgezondheidtoekomstverkenning.nl/vtv-2024/trendscenario/determinanten.
5 https://pubmed.ncbi.nlm.nih.gov/32746822/.
6 https://www.thelancet.com/journals/lancet/article/PIIS0140-6736(09)60318-4/fulltext.
7 https://www.volksgezondheidtoekomstverkenning.nl/vtv-2024/trendscenario/verschillen.
Explore more tags from this article
Over de Auteurs
Contact us
We’re here to help you break through complex challenges and achieve next-level success.
Contact us
We’re here to help you break through complex challenges and achieve next-level success.