Voorkom dat deelnemers zich na de pensioentransitie tweederangsburgers voelen
De huidige zogenoemde defined benefit-regelingen (DB), waar het merendeel van de Nederlandse pensioengerechtigden mee te maken heeft, bestaat uit toezeggingen die leiden tot pensioenaanspraken. Uitgangspunt bij de invoering ervan was dat gepensioneerden niet in inkomen - AOW plus een pensioen op basis van 70% van het laatste verdiende loon - achteruit zouden gaan.
Deze toezegging is in de loop der tijd flink versoberd. De prijs van een ‘zeker’ pensioen bleek in de realiteit te hoog, zeker toen rentes daalden en de levensverwachting steeg. De financiële positie van pensioenfondsen kwam hierdoor steeds meer in het geding. Indexatie was voor veel fondsen niet langer mogelijk. Logisch dat het vertrouwen in pensioenfondsen achteruit kachelde. Deze vertrouwensbreuk is ondanks de nodige pogingen nog altijd niet geheeld.
De problemen van de pensioensector waren de aanzet om het Nederlandse pensioenstelsel nog eens goed tegen het licht te houden en te komen met oplossingen om het stelsel toekomstbestendiger te maken. Daarover is ruim tien jaar gepraat. Deze discussie was ook nodig doordat er veel veranderde op het arbeidsfront. Een heel leven lang werken voor een werkgever is niet langer de norm. Daarnaast is er een steeds grotere groep ZZP-ers ontstaan, waarvoor de maatgevende DB-regeling niet geschikt is.
Een knap staaltje polderen leidde in juni 2019 tot het roemruchte pensioenakkoord. Daarmee zijn de problemen helaas nog niet opgelost. Dat het zogenoemde defined contribution-systeem (DC) in het nieuwe contract de nieuwe norm wordt, heeft grote gevolgen voor de pensioendeelnemers. Niet langer wordt een pensioenaanspraak toegezegd, maar voortaan bouwt iedere deelnemer een pensioenkapitaal op dat op de pensioendatum wordt gebruikt om een pensioenuitkering te kopen.
Helaas zijn nog niet alle gevolgen helemaal duidelijk. Wat gebeurt er bijvoorbeeld met de reeds opgebouwde aanspraken uit het verleden? Hoe zal de overgang van het oude naar het nieuwe stelsel verlopen? Hoe wordt op een evenwichtige manier rekening gehouden met alle belanghebbenden, waarbij geen van de generaties wordt over- of onderbedeeld? Hoe hoog is een eventuele compensatie?
Bij de huidige uitkeringsregeling staat de aanspraak vast, maar is de premie een vraagteken. Bij een beschikbare premieregeling (DC) is dat dus precies andersom; de premie staat vast, maar de hoogte van de uiteindelijke uitkering is afhankelijk van de beleggingsopbrengsten en de levensverwachting ten tijde van de pensioenaankoop. Het wordt dus 180 graden anders. Deze ingrijpende verandering moet aan iedereen helder worden uitgelegd. Het is immers niet de bedoeling dat mensen slechter slapen.
Een goed communicatieplan met realistische uitgangspunten en verwachtingen is daarom onontbeerlijk. Bij de overgang naar het nieuwe stelsel moet de herverdeling van risico’s en de onderling afgesproken solidariteit goed worden uitgelegd. Wat is de impact van gemaakte keuzes? Het zal vooral lastig worden om het pensioenbewustzijn van werknemers, dat nog altijd vrij beperkt is, te verbeteren. Maar dit is écht noodzakelijk. In het nieuwe pensioenstelsel met individuele spaarpotjes moeten pensioendeelnemers wel weten of ze tijdens de rit op de goede weg zijn. Dat vraagt om een pro-actieve houding van deelnemers. Maar dat lukt alleen als deelnemers weten welke keuzes het pensioen allemaal beïnvloeden. Daarnaast moeten pensioendeelnemers leren omgaan met de onzekerheid die het gevolg is van wisselende beleggingsresultaten. De beleggingsrisico’s liggen in het nieuwe stelsel bij hen.
Dat is voor velen een compleet nieuwe situatie. En de informatiebehoefte is niet voor iedereen hetzelfde. Oudere deelnemers zullen daarbij op zoek gaan naar stabiliteit in hun pensioeninkomen. Ik ga ervanuit dat het vertrouwen van jongere deelnemers alleen gewonnen wordt als zij zien dat hun eigen potje groeit. Het idee kan ontstaan dat gepensioneerden beter af zijn na de pensioentransitie omdat er eerder geïndexeerd kan worden. Dat jongeren beter af zijn omdat vanaf het begin van hun deelname al een flinke premie in hun (eigen) pensioenpotje wordt gestopt. Maar hoe zit het dan met de groep die daartussenin zit? Uit die groep hoor ik steeds vaker geluiden dat men zich als tweederangsburger behandeld voelt.
Dat het oude stelsel niet meer past bij de huidige arbeidsmarkt is een breed gedragen opinie. Maar of het nieuwe pensioencontract wel tot tevredenheid leidt, heeft te maken met verwachtingsmanagement. Dat moet in het communicatieplan goed worden geregeld. Het kan niet de bedoeling zijn dat het pensioenresultaat door onvoldoende inzicht en begeleiding op de pensioendatum tegenvalt. In dat geval zal een deel van de huidige pensioendeelnemers (de eerdergenoemde groep die daartussen zit) zich straks tweederangsburgers voelen. Zeker als vooraf wordt beweerd dat niemand er fors op vooruit of achteruitgaat. Het is denkbaar dat door tegenvallende resultaten in werkelijkheid individuen uit deze groep er uiteindelijk toch fors op achteruit blijken te gaan.
Cruciaal is de communicatie en uitleg hoe onderweg te handelen. Indien de resultaten tegenvallen, moeten men tijdig worden gewezen op onderweg te ondernemen acties om deze resultaten weer meer in lijn te brengen met de verwachtingen. Dat is nodig om het vertrouwen in ons pensioenstelsel niet verder aan te tasten.
In het nog op te stellen communicatieplan zal een uitstekende balans moeten worden gevonden tussen transparantie, begrijpelijkheid en inzicht in de eventuele sturingsmogelijkheden. Daarbij zal het een hele opgave worden om alle pensioendeelnemers zo ver te krijgen zich voor deze materie te interesseren. Van een ver-van-mijn-bed-show, zoals veel deelnemers tot nu toe met hun pensioen omgingen, kan in het nieuwe stelsel niet langer sprake zijn.
Actieve pensioenbetrokkenheid wordt in het nieuwe stelsel ‘key’. Het moet echt anders en dus met focus op pensioeninkomen met een spreiding daaromheen. Het is mede aan communicatiespecialisten de opdracht om deze puzzel te leggen. Dat iedereen straks zijn eigen pensioenpotje heeft, maakt permanente communicatie en uitleg echt noodzakelijk. Als dat niet gebeurt is de kans groot dat we te maken krijgen met ontevreden deelnemers - voor wie de pensioenrealiteit tegenvalt en - die zich dan tweederangsburgers voelen. Dat zou een slechte uitkomst van de pensioentransitie zijn.
Meer weten over het Pensioenakkoord: -> klik hier
Of meld u aan voor onze publicaties over het Pensioenakkoord op door op de onderstaande link te klikken.
Explore more tags from this article
Over de Auteurs
Contact us
We’re here to help you break through complex challenges and achieve next-level success.
Contact us
We’re here to help you break through complex challenges and achieve next-level success.