Update Verantwoording Uitgestelde Personeelsbeloningen (2021)
De zomer is voorbij en langzaamaan beginnen de voorbereidingen voor de jaarafsluiting. Een van die elementen in de jaarafsluiting betreft de verantwoording van uitgestelde personeelsbeloningen, zoals pensioenen. Het gaat dan niet alleen over eventuele aanpassingen in de hiervoor geldende regelgeving, zoals de Nederlandse Richtlijnen voor de Jaarverslaggeving (RJ271), de internationale verslaggevingsregels (IFRS; IAS19) of de Amerikaanse regels (ASC715). Het gaat ook over de toezeggingen die u als onderneming doet of gaat doen, bijvoorbeeld in het kader van het vorig jaar afgesloten Pensioenakkoord. Hieronder volgt een korte update met enkele aandachtpunten.
RJ271
Als we kijken naar de Nederlandse verslaggevingsregels dan zien we, voor wat betreft uitgestelde personeelsbeloningen, geen opvallende wijzigingen, noch in BW2, titel 9, noch in Richtlijn 271. Indien u in 2021 te maken heeft gehad met transitievergoedingen dan raden we u aan om RJ-uiting 2020-2 nogmaals te raadplegen. Met deze uiting verduidelijkt de Raad voor de Jaarverslaggeving in welke situaties en per wanneer de onderneming de lasten voor een dergelijke vergoeding moet verantwoorden. Mogelijk dat sprake is van een verplichting in verband met een uitgestelde personeelsbeloning.
Mogelijk dat voor uw onderneming, onder invloed van de tijdelijk verruimde mogelijkheden van de RVU (Regeling Vervroegde Uittreding), afspraken gelden over vervroegde uittreding. In de jaren 2021 – 2025 geldt voor de RVU een versoepeld regime. Als uw onderneming bijdraagt in de kosten voor de vervroegde uittreding dan kan dit leiden tot een door de onderneming te treffen voorziening ten laste van het resultaat. Maakt u gebruik van de tijdelijke verruimde mogelijkheden van RVU, raadpleeg dan uw pensioenadviseur of uw actuaris voor meer inzicht in de verslaggevingsconsequenties.
Een ander element dat we bij de verantwoording onder RJ271 nog (te) weinig zien terugkomen, betreft de mogelijke voorziening voor loondoorbetaling bij ziekte. RJ271 schrijft immers voor dat bij ziekte een voorziening nodig is voor de loondoorbetaling van maximaal 2 jaar. Deze voorziening geldt, voor zover er gedurende het resterende dienstverband geen herstel wordt verwacht. Voor de beoordeling van herstel wordt dan, onder meer, rekening gehouden met revalidatiekansen. Mogelijk dat deze post, bijvoorbeeld onder invloed van Covid19, van materiële omvang blijkt.
IAS19
Kijken we naar de internationale verslaggevingsregels voor uitgestelde personeelsbeloningen, dan zien we een aanloop naar een vrij drastische herziening van de wijze waarop de IASB (de International Accounting Standards Board) hiernaar kijkt. Met name de bepalingen over de door de onderneming te verstrekken toelichtingen zouden aanzienlijk minder sterk voorschrijvend (“rule based”) worden. Daarvoor in de plaats zouden bepalingen komen met een meer doelstellingsgericht karakter (“principle based”). De voorstellen hiervoor vinden we in de zogenaamde exposure draft, die de IASB in maart van dit jaar heeft gepubliceerd. Gelet op de huidige deadline voor het leveren van commentaar (vóór 12 januari 2022) heeft dit nog geen consequenties voor de rapportages per eind 2021. Toch raden wij aan de ontwikkelingen op dit gebied goed in de gaten te houden.
Een ander punt van aandacht onder de IFRS betreft voorstellen, eind 2020, over de wijze waarop een onderneming kosten voor uitgestelde beloningen zou moeten toerekenen over periodes. Het betreft dan met name beloningen die gedurende een andere periode dan de diensttijd opbouwen en/of onvoorwaardelijk worden. In de Nederlandse context is de relevantie hiervan beperkt, maar mogelijk dat ondernemingen die gebruik maken van de tijdelijke verruimde mogelijkheden van de RVU, hier mee te maken zullen hebben.
Verder merken wij op dat, ook onder IAS19, de loondoorbetaling bij ziekte door sommige accountants wordt beschouwd als een “overige langetermijn¬personeels¬beloning”. De insteek is niet beperkt tot werknemers voor wie gedurende het resterende dienstverband geen herstel wordt verwacht en daarmee ruimer dan bij RJ271. Een ziekmelding leidt bij deze benadering direct tot een verplichting tot loondoorbetaling gedurende een periode van, in de regel, maximaal twee jaar. Bij het bepalen van de verplichting wordt rekening gehouden met herstelkansen en de verwachte resterende duur tot herstel of uitdiensttreding en de hoogte van de loondoorbetaling.
Ten slotte wijzen we erop dat afspraken over een aanpassing van de regeling, bijvoorbeeld onder invloed van het Pensioenakkoord, materiële gevolgen kunnen hebben voor de door de onderneming te verantwoorden pensioenlasten en pensioenverplichtingen. In dit kader brengen wij tevens in herinnering dat een onderneming bij de verantwoording van een aanpassing van de regeling (of andere bijzondere gebeurtenissen) de actuariële uitgangspunten moet herzien.
ASC715
De Amerikaanse regelgeving voor de verantwoording van pensioenen laat geen substantiële wijzigingen zien. Toch is enige behoedzaamheid hier op zijn plek. Met name besluiten over een aanpassing van de regeling die onder invloed van het Pensioenakkoord zijn genomen (bijvoorbeeld: “Invaren”), kunnen zeer grote gevolgen hebben voor het bedrag dat een onderneming in zijn winst- of verliesrekening moet laten zien. Hierbij speelt vooral een rol dat volgens de Amerikaanse verslaggevingsregels actuariële resultaten, en resultaten die het gevolg zijn van een aanpassing van de regeling, uitgesteld mogen worden en dus niet direct volledig in de winst- of verliesrekening verwerkt hoeven te worden. De regels eisen echter wel dat, uiteindelijk, alle resultaten, dus ook de uitgestelde resultaten, via de winst- of verliesrekening lopen. Een aanpassing van de regeling, onder invloed van het pensioenakkoord, kan ertoe leiden dat de onderneming dergelijke uitgestelde resultaten in één keer volledig in de winst of het verlies moet verantwoorden. Voor ondernemingen met hoge bedragen aan uitgestelde resultaten kunnen de gevolgen voor de winst of het verlies groot, om niet te zeggen, dramatisch zijn. Indien u rapporteert volgens de Amerikaanse verslaggevingsregels, en u bent bezig met de aanpassing van de regeling aan de nieuwe randvoorwaarden in het Pensioenakkoord, dan is niet alleen deskundig advies over de inhoud en uitvoering van de regeling noodzakelijk, maar bovendien gelijktijdige begeleiding en tijdig advies van een actuarieel verslaggevingsexpert over de eventuele consequenties voor uw jaarrekening.
Slot:
Alhoewel er geen sprake is geweest van significante aanpassingen van de verslaggevingsregels, raden wij aan om u tijdig en grondig te laten informeren over de ontwikkelingen op dit gebied in het afgelopen jaar, en de mogelijke consequenties daarvan voor uw pensioenverslaggeving. Hiermee blijft u in control en voorkomt u verrassingen ten tijde van de jaarafsluiting.
Explore more tags from this article
Over de Auteurs
Ernst van Bruggen
Contact us
We’re here to help you break through complex challenges and achieve next-level success.
Contact us
We’re here to help you break through complex challenges and achieve next-level success.